1 Verder sprak God tot Mozes, en zeide tot hem: Ik ben de HEERE, 2 En Ik ben aan Abraham, Izak, en Jakob verschenen, als God de Almachtige; doch met…
18 Toen ging Mozes heen, en keerde weder tot Jethro, zijn schoonvader, en zeide tot hem: Laat mij toch gaan, dat ik wederkere tot mijn broederen, die in Egypte zijn,…
1 En Mozes hoedde de kudde van Jethro, zijn schoonvader, den priester in Midian; en hij leidde de kudde achter de woestijn, en hij kwam aan den berg Gods, aan…
18 Toen ging Mozes heen en keerde weder tot Jether, zijn schoonvader, en zeide tot hem: Laat mij toch gaan, dat ik wederkere tot mijn broederen, die in Egypte zijn,…
12 En Mozes zeide tot den HEERE: Zie, Gij zegt tot mij: Voer dit volk op; maar Gij laat mij niet weten wien Gij met mij zult zenden; daar Gij…
1 Toen sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: 2 Spreek tot de kinderen Israëls, dat zij wederkeren, en zich legeren voor Pi-hachiroth, tussen Migdol en tussen de zee, voor Baäl-zefon;…
17 En het is geschied, toen Farao het volk had laten trekken, zo leidde hen God niet op den weg van het land der Filistijnen, hoewel die nader was; want…
21 Mozes dan riep al de oudsten van Israël, en zeide tot hen: Leest uit, en neemt u lammeren voor uw huisgezinnen, en slacht het pascha. 22 Neemt dan een…