Psalm 120 1 Een lied op Hammaaloth. Ik heb tot den HEERE geroepen in mijn benauwdheid, en Hij heeft mij verhoord. 2 O HEERE! red mijn ziel van de valse…
18 En zij zagen hem van verre; en eer hij tot hen naderde, sloegen zij tegen hem een listigen raad om hem te doden. 19 En zij zeiden de een…
1 JOZEF nu werd naar Egypte afgevoerd; en Pótifar, Farao’s hoveling, een overste der trawanten, een Egyptisch man, kocht hem uit de hand der Ismaëlieten die hem derwaarts afgevoerd hadden.…
1 DAARNA toonde Hij mij Jozua, den hogepriester, staande voor het aangezicht van den Engel des HEEREN, en de satan stond aan zijn rechterhand om hem te wederstaan. 2 Doch…
1 EN Jakob woonde in het land der vreemdelingschappen zijns vaders, in het land Kanaän. 2 Dit zijn Jakobs geschiedenissen: Jozef, zijnde een zoon van zeventien jaar, weidde de kudde…
8 Jezus antwoordde: Ik heb u gezegd, dat Ik het ben. Indien gij dan Mij zoekt, zo laat dezen heengaan. 9 Opdat het woord vervuld zou worden, dat Hij gezegd…
4 Jezus dan, wetende alles, wat over Hem komen zou, ging uit, en zeide tot hen: Wien zoekt gij? 5 Zij antwoordden Hem: Jezus den Nazarener. Jezus zeide tot hen:…
3 Judas dan, genomen hebbende de bende krijgsknechten en enige dienaars van de overpriesters en Farizeën, kwam aldaar met lantaarnen, en fakkelen, en wapenen. 4 Jezus dan, wetende alles, wat…
6 Jezus zeide tot hem: Ik ben de Weg, en de Waarheid, en het Leven. Niemand komt tot den Vader, dan door Mij.
1 Beginnen wij onszelven wederom u aan te prijzen? Of behoeven wij ook, gelijk sommigen, brieven van voorschrijving aan u, of brieven van voorschrijving van u? 2 Gijlieden zijt onze…
1 Dit verdroot Jona met groot verdriet, en zijn toorn ontstak. 2 En hij bad tot den HEERE, en zeide: Och HEERE! was dit mijn woord niet, als ik nog…
1 Dit verdroot Jona met groot verdriet, en zijn toorn ontstak. 2 En hij bad tot den HEERE, en zeide: Och HEERE! was dit mijn woord niet, als ik nog…
1 En het woord des HEEREN geschiedde ten anderen male tot Jona, zeggende: 2 Maak u op, ga naar de grote stad Nineve; en predik tegen haar de prediking, die…
1 En het woord des HEEREN geschiedde ten anderen male tot Jona, zeggende: 2 Maak u op, ga naar de grote stad Nineve; en predik tegen haar de prediking, die…
1 En Jona bad tot den HEERE, zijn God, uit het ingewand van den vis. 2 En hij zeide: Ik riep uit mijn benauwdheid tot den HEERE, en Hij antwoordde…
1 En Jona bad tot den HEERE, zijn God, uit het ingewand van den vis. 2 En hij zeide: Ik riep uit mijn benauwdheid tot den HEERE, en Hij antwoordde…
1 En het woord des HEEREN geschiedde tot Jona, den zoon van Amitthai, zeggende: 2 Maak u op, ga naar de grote stad Nineve, en predik tegen haar; want hunlieder…
1 En het woord des HEEREN geschiedde tot Jona, den zoon van Amitthai, zeggende: 2 Maak u op, ga naar de grote stad Nineve, en predik tegen haar; want hunlieder…
1 En het woord des HEEREN geschiedde tot Jona, den zoon van Amitthai, zeggende: 2 Maak u op, ga naar de grote stad Nineve, en predik tegen haar; want hunlieder…
1 Zo is er dan nu geen verdoemenis voor degenen, die in Christus Jezus zijn, die niet naar het vlees wandelen, maar naar den Geest. 2 Want de wet des…